Als een klantenrekening of een leveranciersrekening op het einde van het jaar respectievelijk een creditsaldo of een debetsaldo vertoont, moet dit saldo overgeboekt worden naar een passiefrekening wat betreft de klant-crediteur en naar een actiefrekening wat betreft de leverancier-debiteur.

Deze overboekingen zijn een gevolg van het verbod op verrekening tussen schulden en vorderingen, zoals bepaald in artikel 25 van het koninklijk besluit van 10.11.2009 tot vaststelling van het boekhoudplan van toepassing op de federale Staat en op de gemeenschappen, de gewesten en de gemeenschappelijke gemeenschapscommissie: "Elke compensatie tussen actief- en passiefbestanddelen, tussen rechten en verplichtingen en tussen kosten en opbrengsten is verboden, behalve indien een nettoboeking inherent is aan de aard van de rekeningen."

De boekhoudkundige aanrekening van de herclassificatie hangt af van het type klant/leverancier. Bovendien wordt een passiefrekening gebruikt voor het overboeken van een creditsaldo van een vordering en een actiefrekening voor het overboeken van een debetsaldo van een schuld.

Op begrotingsvlak heeft deze herclassificatie geen weerslag. De afsluitingsverrichtingen zoals de herclassificatie van schulden en vorderingen, de afschrijvingen en waardeverminderingen, de voorzieningen voor risico's en kosten en de voorraadwijzigingen hebben immers geen budgettaire weerslag.

Op 31/12/N vertoont rekening 4000000000 NIET AAN HET GBP ONDERWORPEN KLANTEN een creditsaldo van € 1.000.

Op grond van het niet-verrekeningsprincipe moet dit creditsaldo op 31/12/N geherclassificeerd worden naar het passief. Daartoe worden tussenrekeningen gebruikt.

Op 01/01/N+1 wordt deze boeking tegengeboekt.